Het gesprek liep niet helemaal soepel. Twee vergunningaanvragers en twee beoordelaars zitten met elkaar aan tafel. Overleg of een vergunning verleend kan worden.
Aan het eind van het gesprek vraagt de vergunningaanvrager hoe de twee beoordelaars het gesprek hebben ervaren. Met enige schroom zegt één van de beoordelaars dat hij de antwoorden af en toe wat defensief van aard vond. Waarop de vergunningaanvrager antwoordt: “Maar zo zit ik helemaal niet in de wedstrijd!”
Dan valt er een stilte.
Het dringt door …
En met een lach en zelfspot slaat de vergunningaanvrager zijn voorhoofd enkele malen op de rand van de tafel.
Haha, jaja, mooi kwartje!