Marketing en dialoog: een prima combi

communityOp de gang staat een massieve houten tafel op z’n kant. Met vereende krachten is de tafel daar neergezet om ruimte te maken voor een open cirkel met stoelen. De ideale setting voor een dialogisch gesprek. Aan de wand hangen levensgrote posters van flesjes bier met dorstlessende spetters, want – vergis je niet – dit is een commerciële setting. Met het marketingteam van Cider & Specialties van Heineken blikken we terug op een training dialoog in januari van dit jaar.

Een ambitieus jong team met een open mind, want ze vragen me of we kunnen beginnen met een geleide meditatie. Even later zitten we dus 10 minuten met de ogen dicht en aandacht bij het lichaam en ademhaling. Wat een prettige start van de werkweek.

Tijdens de training had iedereen een persoonlijk plan van aanpak gemaakt om de net aangeleerde dialogische principes in het marketingwerk te verweven. De dialogen hadden hen geïnspireerd tot allerlei experimenten. Vandaag is het tijd om terug te kijken. En omdat bedenken hoe het anders en beter kan vaak gemakkelijker is dan het in de praktijk brengen, ben ik erg benieuwd naar de ervaringen van de afgelopen maanden. De oogst is gigantisch en indrukwekkend!

Vertraging is in principe vervelend. Maar dialogisch pakt het anders uit. Het principe “Vertragen en verstillen” blijkt meer en betere input op te leveren voor een nieuwe smaak cider omdat er tijd is om te verkennen wat mogelijk is.
“Openheid” zorgt ervoor dat teamleden helder durven zijn, tegenspreken en elkaar niet meer ontzien. Dat is een heel andere mindset dan de harmonieuze beleefdheid van daarvoor. “Fire in the hole” noemen ze het.
“Onderzoeken” leidt tot het helder benoemen van je doel van het gesprek en daarbij een open vraag stellen om die gezamenlijk te onderzoeken. Het aanboren van gezamenlijke intelligentie blijkt creativiteit uit onverwachte hoeken aan te boren met een zee aan kansrijke marketingplannen. Nu lijkt het kiezen uit de goede ideeën een bottleneck ;-).
Ze ontdekken in die maanden ook dat je niet zomaar een dialogische setting creëert. Dat het voorbereiding vergt. Een goede open vraagstelling, wat ruimer de tijd nemen (2 uur) en uitleg over je dialogische intentie voor de meeting.

De mooiste en meest impactvolle realisatie bij veel van deze jonge ambitieuze teamleden is dat ze niet alles zelf hoeven te bedenken of hoeven op te lossen. Dat het OK is hulp te vragen en dat ze daarmee de diversiteit van het team juist aanspreken en daardoor betere resultaten boeken. Het klinkt misschien als een open deur, maar kijk eens rond hoeveel mensen niet heel hard werkend, maar redelijk solitair hun best doen. Omdat ze het zelf moeten kunnen of weten of omdat ze hun collega’s niet willen belasten met vragen. De teamleden worden echter meteen beloond voor hun vragen hun hulp, omdat tijdens de dialogisch ingestoken meetings de creativiteit moeiteloos blijkt te stromen.

Desperados-ImagineOriginal
We sluiten af met het benoemen van nieuwe dialogische ambities voor de komende tijd, want ze hebben de smaak te pakken. En binnenkort próef je de dialogische ingrediënten dus ook in Wieckse, Jillz, Affligem, Desperados, Bazar, Sol 😉

Assessment maken

assessmentsAssessments doen – en al helemaal een rollenspel – vinden mensen heel spannend. En dat snap ik wel. Want je komt in een situatie waarin je laat zien in hoeverre je feitelijke gedrag overeenkomt met je theorie over hoe je je zou willen gedragen.

Niet zelden ontdekken mensen door de observaties die ze terugkrijgen, dat er licht zit tussen hoe ze zich gedragen en hoe ze zich zouden willen gedragen. Of zelfs hoe ze denken dat ze zich gedragen hebben tijdens een rollenspel.

Alweer ruim zeven jaar geleden overkwam mij dat. Het rapport van de observator was confronterend. In hevige staat van ontkenning leverde ik slag met haar via de mail over de conclusies van het rapport. Het deed mij onrecht, schreef ik. Ze zag niet wie ik werkelijk was. Wat ze had gezien kwam niet overeen met mijn theorie over hoe ik me gedroeg.

Nu krijg ik zulke mails en telefoontjes, omdat ik assessments afneem en daarover rapporten schrijf.

Dat was voor mij aanleiding om dat oude assessmentrapport – dat ik net niet had verscheurd – weer eens terug te lezen. En met wat schaamrood op de kaken, las ik in het rapport dat de zinsneden waarover ik heftig was gevallen toch iets bij me hadden aangeraakt. Ze schreef: “Gaat de confrontatie niet werkelijk aan”, “Is niet uit op draagvlak” en het ergste “Onvermogen om werkelijk contact te maken”. Ik ontdekte dat het benoemen van wat ze tijdens het assessment had gezien bij mij een ontdekkingsproces in gang had gezet.

Pas nu – na zeven jaar – kan ik zien dat ik met die drie punten aan de slag ben gegaan. Ik word steeds beter in het benoemen van mijn grenzen en – in het verlengde daarvan – mag van mezelf steeds vaker niet op draagvlak uit zijn. Maar “onvermogen werkelijk contact maken”. Wat zou ze daarmee nou bedoeld hebben? Ik weet dat ik makkelijk contact leg, dat mensen me snel vertrouwen en over wezenlijke dingen met me in gesprek gaan. Maar delen wat mijzelf ten diepste beweegt, dat doe ik niet snel. Een vriendin nodigde mij daartoe laatst heel expliciet uit en dat was fijn. Het is niet dat ik het wezenlijk niet wil of durf te delen. Het is meer dat ik de woorden niet kan vinden, dat het moment voorbij gaat of dat ik een vraag nodig heb om op gang te komen. Zou ze dat bedoeld hebben toen ze schreef over mijn “onvermogen werkelijk contact te maken”? Dat het niet wederzijds is, dat ik wel luister en vraag maar niet spreek en mijn diepste wezen onvoldoende aan andere mensen laat zien? Ik weet het niet en zij waarschijnlijk ook niet meer. Het rapport heeft destijds in ieder geval een ontdekkingsproces in gang gezet en daar pluk ik nu de vruchten van.

Dan terug naar de assessments van nu. Vandaag schreef ik weer een casus voor een rollenspel. Ik schrijf deze zodanig dat de kandidaat alle gelegenheid heeft te laten zien wat hij of zij in huis heeft. Niet om te tonen dat hij of zij het schaap met vijf poten is dat de werkgever zoekt. Maar dat de kern van wat nodig is voor de functie past bij de sollicitant en dat de kern van de sollicitant past bij de functie. En als ik na het rollenspel het assessmentrapport schrijf, zeg ik wat ik heb gezien. Niets meer en niets minder, ook al is het confronterend. Daar hebben de mogelijke werkgever en de sollicitant het meest aan. Ook al is de opbrengst misschien pas na zeven jaar waarneembaar.

 

Dialoog begeleiden – training

cirkelDialoog onderscheidt zich van andere vormen van gesprek. Het gaat bij dialoog om aandachtig naar elkaar luisteren in plaats van zo goed mogelijk je argument naar voren brengen. Het gaat om uitwisseling en niet om overtuigen. Dialoog werkt hierdoor verbindend, wat samenwerken daarna een stuk eenvoudiger maakt.

Wil leren hoe je dialoog kunt faciliteren en heb je al ervaring als gespreksleider of voorzitter? Dan is deze training Dialoog begeleiden misschien iets voor jou.
We starten in januari 2014 en het gaat om vijf middagen in het midden van het land.

Dialoog begeleiden training 2014

Gehechtheid aan jouw verhaal

Deze korte tekst van Paul Ferrini raakte me bijzonder en daarom deel ik ‘m.

 

Attachment to your Story

You are free to be responsible for your life right now, but do you want to be?

Are you ready to give up your attachment to your story?

The problems you perceive in your life are projections of the internal conflict: “I want but I cannot have.”

If you would allow yourself to have what you want, or if you would stop wanting it, this conflict would cease.

Your story of “seek but do not find” would be over.

Be honest with your self.
Are you willing to give up the drama?
Or has your pain, your scarcity, your need to fix or be fixed become part of your personality?

Has your story become your identity?

If not, let the past dissolve right here, right now.
Be totally responsible for what you choose.
There are no more excuses.

De frivole fluitist

Er was eens heel lang geleden in een land hier heel ver vandaan een frivole fluitist. Hij reisde van Heinde naar Verre en van Hot naar Her. In al deze steden waren de mensen dol op zijn geluid en zijn gefluit. Hij raakte precies de juiste snaar waardoor de harten van de mensen zich openden. Als hij was geweest wiegden de mensen zich weer op de liefde die tussen hun harten heen en weer stroomde.

De frivole fluitist was niet altijd in staat de mensen in de steden aan de liefde te herinneren. Op die momenten ging hij naar de natuur. De bossen, de heide en de velden en soms langs het open water. Daar hervond hij zichzelf en op speciale momenten die hij niet kon voorspellen had hij ontmoetingen met Pan. Pan was zijn leermeester en bij hem kon hij zijn vragen stellen.

Op een winterdag was de frivole fluitist aan de rand van het open water en staarde voor zich uit. Op een rots die geleidelijk het water in boog zocht hij rust. Maar zijn hart was onrustig. Zijn fluit kon hem vandaag niet helpen. Hij had een groot verlangen. En terwijl hij voelde dat hij één werd met de rots aan de rand van het water, ervoer hij de nabijheid van een ander. Het was Pan. Met de meest melodieuze stem die je je maar kunt voorstellen, opende Pan het hart van de frivole fluitist op zoek naar de bron van zijn onrust. De frivole fluitist voelde hoe de helderheid toenam en ineens begreep hij dat hij smachtte naar de liefde van een vrouw. Hij zag een veld voor zich met wuivend graan en wist dat hij zijn schat daar zou kunnen vinden. Hij sprong op en met een opgewekt gemoed ging hij op weg naar het veld.

Maar niets had hem voorbereid op de lange lange zoektocht, want velden waren er overal. Na weken en maanden van veld naar veld te zijn gegaan, zakte de moed hem in de schoenen. Hij zag alleen maar stoppelvelden en omgeploegde grond en hier en daar een veld met zaaigoed. Waar zou zij zijn? Hoe zou hij haar ooit kunnen vinden?

Ondertussen in de stad keken de kinderen en de grote mensen uit naar de frivole fluitist. Waar bleef hij? Hij was er toch altijd bij op de jaarmarkt in de maand mei. Hij floot altijd het ritme voor de dans van de lente, zodat het graan weer zou groeien. Hij kwam uiteindelijk uit de velden naar de stad maar zonder zijn frivoliteit. Hij floot weer het ritme voor de dans, maar het ritme lag lager en de dansers struikelden over elkaar heen. Het feest wilde niet echt losbarsten, het was lauw in de harten dat jaar.

En of het nu door de niet zo frivole fluitist kwam of om andere onopgehelderde redenen, het graan wilde dat jaar niet groeien. De velden lagen er kaal bij. Er kwamen alleen sprietjes graan uit de grond en die winter leed iedereen honger. De mensen begrepen het niet en de angst sloeg hen om het hart. Ze draaiden hun hoofden weg als ze de niet meer zo frivole fluitist door de straten zagen lopen. Ook hij leed honger.

De niet zo frivole fluitist begreep dat het zo niet langer kon en trok zich terug in de natuur op zoek naar Pan. Hij ging terug naar de rots die zich zo geleidelijk in het water boog en naar het bos en de heide, maar Pan vond hij niet. Hij voelde zich alleen en besefte dat hij deze keer voor kracht en wijsheid op zichzelf was aangewezen. En tijdens een nacht toen de maan zacht over de heide straalde, drong tot hem door dat hij een onmogelijke zoektocht was begonnen. Hij zocht zijn schat tussen wuivend graan op een moment dat in de verste verte geen wuivend graan te bekennen was. Hij wist ineens dat hij de seizoenen zou moeten afwachten. Dit jaar zou hij net als voorgaande jaren het graan de hoogte in fluiten.

Dit vooruitzicht deed de frivoliteit terugkeren in zijn hart en hij floot als nooit tevoren. Na de zware winter waren de mensen toe aan een feest. De frivole fluitist floot het ritme op de jaarmarkt, de mensen dansten als nooit tevoren en hun angst en honger werd weggedragen door de muziek. Ook het graan groeide en groeide tot ongekende hoogte.

Die zomer hervond de frivole fluitist zijn kracht en keek verlangend maar geduldig uit naar de dag waarop het graan klaar was om te oogsten. En op een dag toen hij net buiten een stadje liep en voelde dat de zon op zijn rug verwarmde, werd zijn oog getrokken naar een blauw schijnsel in het veld. Hij sprong over de sloot en liep het veld in. Het blauwe schijnsel werd duidelijker en na nog een paar stappen zag hij bij een slootje tussen twee velden een magische mayaprinses. Ze was in een prachtig blauw gewaad gehuld en sprak tot de kleinste dieren en gewassen aan de waterkant. De frivole fluitist was met stomheid geslagen, dat zo’n mooi wezen hier zomaar in het veld zat. Hij schraapte zijn keel op zoek naar zijn stem en toen keek ze op. Hun ogen vonden elkaar en woorden waren niet nodig. En terwijl de kikkertjes kwaakten, de libelles zoemden, het graan ruiste en de geelgerande watertorretjes geruisloos om hen heen bewogen vonden hun harten elkaar en werden zij één. En ze leefden nog lang en gelukkig.